Uit recent verschenen onderzoeken over religie blijkt dat religieuze mensen gelukkiger zijn. Deze mensen gaan makkelijker om met negatieve emoties en halen meer voldoening uit het leven, meldde ‘de Volkskrant’ in een bericht op 9 december 2014. Om een of andere reden bewaarde ik het artikel, om er in een nummer van Parochienieuws op terug te kunnen komen. Ik acht nu de tijd rijp om dat te doen, gezien allerlei spanningen in de wereld, met name veroorzaakt door IS.
Wereldwijd zijn zo’n 5,5 miljard mensen religieus. 31,5% hiervan is christen. Uit het voorafgaande zou men kunnen afleiden dat heel veel mensen gelukkig zijn….of toch niet?
Een geloofsgemeenschap biedt een sociaal vangnet, een hogere macht van veiligheid en rituelen geven houvast bij verdriet. Dit is één van de vele conclusies die worden getrokken uit Amerikaanse onderzoeken. De psycholoog Ed Diener, deed in 2009 onderzoek naar geluksgevoelens. Hieruit is gebleken dat gelovige mensen gelukkiger zijn dan niet-gelovigen.
De kerk de rug toekeren
Volgens de Volkskrant keren mensen de kerk de rug toe omdat het uitmaakt wáár je dan precies gelovig bent. In minder ontwikkelde landen zijn gelovigen gelukkiger dan in ontwikkelde landen. Gelovigen in Zimbabwe zijn bijvoorbeeld positiever ingesteld dan ongelovigen. Paul Klep, hoogleraar economische en sociale geschiedenis, denkt dat mensen afhankelijk zijn van kerkelijke organisaties als vangnet.
Religie houdt je gezond
Amerikaanse onderzoekers in het vakblad Journal of Personality zeggen dat vaker aan God denken, helpt om junkfood te weerstaan. In hun onderzoek hebben ze gekeken naar studenten die een spel speelden met verwijzingen naar God. De tweede groep wist later in het experiment de verleidingen van ongezond voedsel te weerstaan. Dit is volgens de onderzoekers een kwestie van zelfcontrole, die met gedachten aan God wordt opgewekt.
Religie is een bron van conflict
Van de christelijke kruistochten tot de opmars van IS: religie is een bron van conflict. Toch is er geen verband tussen hoe religieus en hoe vredig een land is. Kijk naar Noord-Korea: met stip op 1 van meest atheïstische landen, maar het bungelt onderaan de ranglijst als het gaat om vrede. Terwijl boeddhistisch Bhutan en het katholieke Portugal in de top van vredigste landen verkeren. Religie is bovendien zeker niet de belangrijkste bron van conflict. Van de 35 gewapende conflicten in 2013, zo becijferde de Global Peace Index (GPI), gold religie in 14 gevallen als een van de oorzaken – maar nooit als de enige oorzaak: genderongelijkheid, corruptie en politieke instabiliteit zijn belangrijkere verklaringen.
Wat wel opvalt: een grote verscheidenheid aan religies binnen een land lijkt een buffer tegen conflict. Juist in landen met weinig religieuze diversiteit komt veel religieus geweld voor, zoals in Pakistan, Afghanistan, India en Somalië. En hoe meer de overheid religie aan banden legt, hoe vaker geweld in de naam van geloof voorkomt en hoe vaker religieuze minderheden worden onderdrukt. In de 20ste eeuw was het juist het door de staat afgedwongen atheïsme van de brute regimes van Stalin, Mao Zedong en Pol Pot dat miljoenen burgers het leven kostte.
“Religie kan een bron van machtsmisbruik zijn”
Het komt allemaal neer op machtsverhoudingen, zegt Erin Wilson, directeur van het onderzoekscentrum voor Religie, Conflict en het Publieke Domein van de Rijksuniversiteit Groningen. ‘Religie kan een bron van machtsmisbruik zijn, maar ook de bron van verzet tegen onderdrukking.’ Zo had de katholieke kerk een belangrijke rol in de Fluwelen Revolutie waarmee de Sovjet-Unie ten val werd gebracht en werd het verzet tegen autoritaire regimes in Latijns Amerika in katholieke kringen in gang gezet. ‘Ook de strijd van IS komt uiteindelijk voort uit hoe zij de onderdrukking van moslims zien’, zegt Wilson. ‘Met religie is het net als met ideologieën: het heeft geen intrinsieke logica van gewelddadigheid of vredelievendheid.’
Maar heeft geweld niet stiekem een heroïsche rol in de Koran, terwijl vrede en respect voor leven centraal staat in het boeddhisme? ‘Dat is westerse simplificatie’, schrijft Christian Caryl van het Legatum Institute, dat onderzoek doet naar de oorzaken van mondiale welvaart en vrijheid. ‘Sinds het begin van het boeddhisme deden gelovigen in oorlogen mee. Militante monniken vochten zowel voor als tegen Chinese leiders en de Japanse Samurai gebruikten de leer als argument om te vechten.’ Alle religies delen volgens hem een sterk groepsgevoel onder hun volgers, de heiligheid van menselijk leven en het streven naar beperking van geweld. ‘Maar als een groep gelovigen voelt dat die waarden bedreigd worden, kunnen ze daarvan afwijken.’
Geraadpleegde bron: Volkskrant archief ‘religie’ Richard Gielens.