Een agente met een hoofddoek of kruisje om haar hals? Vergeet het maar: blauw op straat hoort kleurloos te zijn.
De afgelopen weken zijn er discussies gevoerd over het feit of een gezagdrager zichtbaar tekens mag dragen die verwijzen naar geloof of overtuiging. Een politieman of – vrouw moet uniform gekleed zijn en mag geen symbolen dragen die enige voorkeur kunnen uitstralen. Maar is uniformiteit wel haalbaar, laat staan wenselijk?
Het is prettig als je iemand aan zijn kleding herkent: een arts of verpleegkundige in een witte jas; een verwarmingsmonteur in een overall met embleem of desnoods badmeesters en –juffen met dezelfde badslippers in het zwembad. Je weet direct wie je kan aanklampen als je met vragen zit. Ook priesters zie ik (zij het niet dagelijks) hun witte boordje uit de kast (of mottenballen?) halen om herkenbaar te zijn. Gezag of overtuiging mag weer uitgestraald worden, maar Nederland zou Nederland niet zijn, als het maar vooral ‘gewoontjes’ blijft. Niet te gek, want het is maar even carnaval!
Natuurlijk maakt het verschil uit, of men in functie is of niet. In vrijetijdstenue mag zelfs de koning een spijkerbroek dragen en hoeft de koningin geen uithangbord te zijn als het gaat om couturiers uit de Lage Landen.
Maar blauw op straat mag een roze randje hebben, als het om geaardheid gaat; een buurtwerker zou idealiter het beste uit de eigen buurt kunnen komen, want dan spreekt hij niet alleen de taal van de buurt, maar erkent de problemen en verhoudingen beter.
We willen graag Medelanders als Nederlandse ambtenaren; rechters van allochtone
afkomst, omdat ons land al tientallen jaren niet enkel blank kleurt. Onze vlag heeft al eeuwen ‘oranje, blanje en bleu’.
Overdrijven ligt op de loer: een trouwring aan linker- of rechterhand kan al een verwijzing zijn. Een getinte tandarts met buitenlands accent: hoe erg is dat, zonder beschuldigd te worden van discriminatie? Een kassière met hoofddoek hanteert echt geen andere prijzen. In Groot Brittannië hanteert men andere standpunten aangaande aannamebeleid politieambtenaren. Is Nederland minder tolerant of zijn we bang om te verkleuren?
Misschien maken we binnenkort het debuut mee van een (van oorsprong) Afrikaanse priester? Poolse voorgangers kennen we al langer in Nederlandse kerken. Nood leert ook hier bidden.
Plaatjes en uiterlijk spelen een rol, maar mogen nooit de hoofdrol spelen in het uitoefenen van hun taak. Geen woorden, maar daden worden verwacht!